ENSCHEDE - Het aantal banen dat de gebiedsontwikkeling rond de luchthaven Twente oplevert is een paar jaar geleden veel te mooi voorgesteld. Econoom Hans Opdam heeft een notitie van die strekking naar leden van de gemeenteraad in Enschede en Provinciale Staten van Overijssel gestuurd. Hij omschrijft de handelwijze als ‘frauduleus’.
In de documenten waarover de politiek in de gemeente Enschede en de provincie Overijssel eind 2009 moesten beslissen, de Structuurvisie Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente, werd gerept over additionele werkgelegenheid, ofwel het aantal banen dat Twente er extra bij krijgt. Maar het onderliggende onderzoek, dat van het bureau Ecorys, gaat uit van bruto werkgelegenheid.
In dit laatste geval handelt het om de banen die het totale project oplevert, zonder dat rekening wordt gehouden met de werkgelegenheid die door de komst van het vliegveld en aanverwante activiteiten elders in Twente verdwijnt. Dit is het zogeheten verdringingseffect.
In beide documenten (de structuurvisies en het Ecorys-rapport) is het aantal verwachte banen voor een plan met een luchthaven identiek: 2770. In de Ecorys-studie gaat het dus niet om toegevoegde werkgelegenheid.
De gewraakte formulering is afkomstig van VTM, de voorganger van projectorganisatie ADT die de luchthavenontwikkeling begeleidt namens de provincie en de gemeente.